Op 26 april vond in De Turfhoeve in Sevenum Dé Nationale Paddenstoelendag plaats. Maar liefst 250 bezoekers kwamen af op het evenement, dat in het teken stond van Energie en Kwaliteit.
Terwijl op de bovenverdieping 23 bedrijven en organisaties zich presenteerden in de diverse stands, konden de bezoekers in de (gelukkig koele) kelder luisteren naar een aantal voordrachten, die allen in het teken stonden van energie.
Nieuwe klimaatregelingen: resultaten en discussie
Jan Gielen beet om 15.00 uur het spits af met een toelichting op de nieuwe energiezuinige klimaatregelingen en de praktische uitwerking daarvan. Gielen, bijgestaan door Niek Franzman, Gerard Sikkes en Geert Weijers van de demobedrijven, ging hierna in discussie met de zaal aan de hand van een aantal stellingen. Het tijdig traceren van problemen (bijvoorbeeld te weinig vochtafvoer in een cel, dat tot bacterievlekken kan leiden) was één van de voordelen die aan de orde kwamen. De toch wel ingewikkelde berekeningen die met de regelingen gepaard gaan kan als nadeel worden gezien. Over één stelling was iedereen het in ieder geval eens; energiebesparing en kwaliteit gaan hand in hand. In de laatste nummers van vakblad Paddestoelen kunt u meer lezen over de nieuwe klimaat regelingen.
De zaal luistert aandachtig naar Peter Oei.
Glastuinbouw als inspiratiebron
Jan Smits, energiespecialist van het PT gaf in zijn lezing Het moderne tuinbouwbedrijf: van energieverbruiker tot energieopwekker enkele inspirerende voorbeelden van energiebesparing- en gebruik uit de glastuinbouw.
Volgens Smits is de paddenstoelenteelt een relatief kleine energieverbruiker (0,9 PJ per jaar), wat neerkomt op 15 miljoen kuub gas per jaar, terwijl de glastuinbouw 122 PJ verbruikt. Het aandeel energie in de kostprijs ligt bij paddenstoelen op 6-10 % van het geheel. Bij glas is dat 15-25%.
De energie-efficiëntieverbetering en duurzaamheidsverbetering die in de paddenstoelenteelt is gerealiseerd is, zo gaf Smits aan, beter gelukt dan onder glas.
Smits vertelde over het programma De kas als energiebron wat een impuls moet geven aan energiebesparing en duurzaamheidsdoelen. Richting 2020 wil men in de glastuinbouw energieneutraal produceren met minder fossiele brandstoffen, binnen een economisch rendabele teelt. Men ziet dit als noodzaak, vanwege de duurder wordende energie, de eindige voorraden gas, de klimaateisen en, zo stelde Smits, duurzaamheid wordt een license to produce.
Allerlei inititatieven zijn reeds genomen om dit programma tot een succes te maken. Voorbeelden daarvan zijn te zien op www.energiek2020.nu van Reed Business.
Smits had nog wel enkele adviezen voor de paddenstoelensector: Formuleer ambitieuze doelen, zoek partners, en ontwikkel een grensverleggend demoproject, daar zijn subsidies voor binnen te halen.
WKK als oplossing
Erik Koolwijk van Cogen Projects, een adviesbureau voor lokale energievoorziening gaf een overzicht van de mogelijkheden en kansen én beperkingen van warmtekrachtkoppeling (WKK). Met WKK is een energiebesparing van 20 à 30% mogelijk, maar een WKK installatie is niet voor iedereen geschikt (veel hangt af van de bedrijfsgrootte) en niet voor alle toepassingen (stoom b.v.). Er zijn wel subsidies voor, zoals EIA en MEP (de laatste in ieder geval nog in 2007), en diverse ondersteuningsprogrammas. Maar WKK is volgens Koolwijk zeker niet de enige oplossing. Zo is er een combinatie mogelijk met wateropslag in de bodem, WKK op bio-olie of een ketelinstallatie op hout. Veel is mogelijk, zo werd wel duidelijk, maar voor een teler tot aanschaf overgaat, dient hij zich goed te informeren en stil te staan bij de bedrijfsspecifieke situatie. Meer info op www.cogenprojects.nl
Enkele van de sprekers, met in het midden de dagvoorzitter Han Swinkels.
Wat te doen met de champost?
De lezing van Peter Oei ging in op de mogelijkheden om met champost geld te verdienen, waar het nu een kostenpost is geworden. In Fujian, China is onlangs een door Nederland geïnitieerd onderzoek gedaan op dit gebied. Allerlei toepassingen zijn daarbij onder de loep genomen, zoals champost als veevoer, als substraat voor regenwormen, als bodemverbeteraar, als grondstof voor dekaarde enzovoorts. Veel toepassingen zijn niet praktisch of stuiten op wettelijk bezwaren in Nederland.
Oei gaf aan dat er wel mogelijkheden liggen op het gebied van cascadering in functies. Het verbranden of vergisten als laatste optie. Als voorbeeld noemde hij de raffinage van gras. Ook zijn er nieuwe energietechnologieën beschikbaar zoals Fiwihex, SOFC, KDV, waar met champost aan kan worden gehaakt. Verder kan er gedacht worden aan het scheiden van dekaarde en compost en lijkt het winnen van eiwit uit perssap van champost kansrijk. De perskoek die overblijft kan dan worden gebruikt voro visvoer of biodiesel. Veel onderzoek is nog nodig.
Uit de zaal werd de vraag gesteld hoe het nu zit met de champostwetgeving. LTO vakgroepvoorzitter Ko Hooijmans meldde dat de verwerkers op 25 april om de tafel hebben gezeten. In de toekomst moeten we van de huidige wetgeving zien af te komen, maar intussen moeten we alle andere alternatieven serieus bezien en zelf met innovaties komen. Sowieso moeten we tot 2009 op nieuwe wetgeving wachten.
Nieuwe MJA-e
Hooijmans nam ook het woord ten aanzien van de nieuwe MJA-e. De sector mag trots zijn op het behalen van de resultaten, maar het succes heeft ons niet weerhouden onze verantwoordelijkheid ten aanzien van duurzaamheid opnieuw te nemen en een nieuwe MJA-e af te sluiten. Cees Oomen had Piet Boekharst afgevaardigd naar de bijeenkomst, om met een handdruk de nieuwe Meerjarenafspraak opnieuw te bezegelen. Het behalen van de MJA-e-doelstellingen is een compliment aan de sector waard. Wat ik vanmiddag heb gezien en gehoord, geeft mij vertrouwen, dat ook de nieuwe MJA-e doelen zullen worden gehaald, zei Boekharst. Hij wees nog op een kookboek, waarin paddenstoelen niet echt positief over het voetlicht werden gehaald. Ik hoop dat u er in slaagt met uw inzet en ambitie deze negatieve beeldvorming om te buigen.
Meer over de nieuwe MJA-e hier.
Nieuwe visie
Tenslotte was het de beurt aan Wim Duffhues, die op het ogenblik gesprekken voert met alle geledingen van de paddenstoelensector, met het doel om eind juni een nieuw sectorplan te kunnen presenteren. In een boeiend, hoopvol en hier en daar verfrissend relaas gaf Duffhues een aantal voorzetten voor zijn nieuwe visie.
Drukte op de bedrijvenmarkt van Nederlandse toeleveranciers en organisaties.
Na deze drukke middag was het tijd voor een biertje en het buffet. Organisator Mark den Ouden kon tevreden terugkijken op een evenement dat in alle opzichten en door alle aanwezigen als een succes werd gezien. Zowel op de bedrijvenmarkt als tijdens de lezingen was er sprake van een zeer positieve, een beetje Nederlanders-onder-elkaar sfeer op een drukke, gezellige, informatieve en bij vlagen inspirerende bijeenkomst.